Waarschuwingssymbool voor tillen

Veilig tillen = NIET meer tillen!

In Nederland zit de arbeidsmarkt op slot. Veel mensen staan aan de zijlijn en willen graag een baan. Circa 700.00 werklozen. Degene die wel werk hebben en een vast contract blijven angstvallig zitten op hun plek om geen risico te lopen in de problemen te komen. Dit is voor de economische ontwikkeling en flexibel inspelen op veranderende omstandigheden een zeer ongewenste situatie.

Diverse deskundigen vinden het daarom noodzakelijk om de beschermende regels voor werknemers te verminderen en de WW duur te verkorten. Ze verwachten dan dat er veel meer beweging komt in de arbeidsmarkt en het wisselen van werk naar andere werk veel makkelijker plaats vindt. Er is veel werk in bepaalde vakgebieden en veel minder in andere. Je zou verwachten dat dit dus een goed streven is.

Als we eens goed naar de arbeidsmarkt kijken valt er iets bijzonders op. Er is een groep die lichamelijke arbeid verricht en een groep die voornamelijk geestelijke arbeid verricht. Het is een utopie te denken dat die groepen in werk zouden kunnen wisselen, hoe sterk die vraag uit de een of de andere groep ook zou zijn. Het begrip passende arbeid is al jaren geleden verlaten om mensen te stimuleren elk soort werk aan te pakken. Dit werkt maar ten dele. Er is wel een andere belangrijke reden waarom deze uitwisseling niet goed werkt.

De mensen die lichamelijk werk doen kun je onderverdelen in mensen die zwaar en licht lichamelijk werk doen. Licht lichamelijk werk is werk dat beweging behoeft, zoals het bedienen van machines en bewegen van lichte voorwerpen op een gelijkblijvend niveau. Zwaar lichamelijk werk is werk waar lichaamsarbeid noodzakelijk is om materialen te verplaatsen, zoals sjouwen, van hoogte veranderen zoals tillen en duw en trekwerk. Bij dit zware werk wordt lichaamsenergie overgebracht naar de te behandelen materialen. De gebruikte lichaamsenergie zorgt voor vermoeiing en slijtage van het lichaam van de persoon die dit werk doet. Feitelijk wordt er bij zwaar werk dus gezondheid ingeleverd en wordt omgezet in inkomen voor de werker.

Er zijn veel meer mensen beschikbaar in de groep van geestelijk werk en licht lichamelijk werk. Het grootste deel van de mensen die in de WW zitten vallen hieronder. In de andere groep van zwaarder lichamelijk werk is een groot tekort aan werkers die dit zouden willen of kunnen. Dit tekort wordt aangevuld door mensen vanuit lage lonen landen hierheen te laten komen en zo de vraag op te vullen. Zij hebben er, vanwege hun lage levensstandaard, geen problemen mee om hun gezondheid om te zetten in geld.

In ons land met een hogere levensstandaard is het dus erg lastig om werkers te vinden die zwaar werk willen doen, terwijl er een overschot is aan mensen die het lichte werk of het geestelijke werk kunnen doen. Om die reden zou dus het zwaardere werk eigenlijk lichter gemaakt moeten worden. Dit zou realiseerbaar zijn als we zouden zorgen dat alles waar getild, gesjouwd geduwd of getrokken moet worden met het lichaam, hulpmiddelen ingezet zouden worden. Voor heel veel productieprocessen is dit nu al een normale zaak zoals robots aan de lopende band, stapelaars en heftrucks in magazijnen, hydraulische kraantjes bij grondwerk enzovoort. Toch is een heel groot gedeelte van het werk dat met de hand KAN worden gedaan nog steeds niet geautomatiseerd of gemechaniseerd. Vaak vanwege vermeende hogere kosten wordt de mens met zijn lichaamskracht ingezet.

Dit leidt tot hoge uitvalpercentages en de daaraan gekoppelde kosten voor werkgever en maatschappij en niet in de laatste plaats tot een onprettige gezondheidstoestand van de werker die vaak zijn pensioen niet werkend haalt. Ziekteverzuim kost werkgevers 11 miljard euro per jaar. 2.5 miljard daarvan, dus een kwart, is toe te schrijven aan defecten aan het bewegingsstelsel. Daarbovenop komen de kosten voor de gezondheidszorg ten behoeve van ziekten aan het bewegingsstelsel: circa 1 miljard per jaar.

Nemen we daarbij de kosten die we nu uitgeven aan uitkeringen van mensen die geen zwaar beroep wensen of kunnen uitvoeren en de extra uitgaven die we doen aan mensen die we uit lage lonen landen inhuren, valt wel in te schatten hoeveel miljarden het zou opbrengen als we het zware werk zouden verbannen uit onze maatschappij.

Voor veel specifieke beroepen is nog geen mechanisatie beschikbaar. Echter met alle knowhow van de vele technici, arbo en veiligheidskundigen, high tech bedrijven, ontwikkelaars en uitvinders is dit op kortere termijn op te lossen. Als we dit zouden willen ontstaat een veelheid aan werk. Een beperkte financiele stimulatie van deze ontwikkelingen zou vanuit de overheid kunnen komen door gerichte subsidie.

Een groot bijkomend effect zou zijn dat onze economie een enorme 'boost' zou krijgen als we de moed hadden te besluiten dat we geen zware beroepen meer willen. Zo'n rigoureuze insteek zou je kunnen vergelijken met Duitsland, waar men heeft besloten kernenergie in de nabije toekomst volledig uit de samenleving te bannen. Stoppen met zwaar werk zou het Nederlandse 'wirtschaftwunder' kunnen veroorzaken.

En dat slechts door het op deze wijze hervormen van de arbeidsmarkt.